Het dilemma van de nieuwe broek (2024)

Dochterlief schrijft een eindwerk. Niet geheel toevallig koos ze als onderwerp de impact van de kledingindustrie op het milieu (cf. Van broekspijp tot hemdsmouw (2022)). Zij was eerst. Dat een kwaliteitskrant besliste om deze weken te berichten over fast fashion was geheel toevallig, maar wel bijzonder interessant. Als gevolg kan ik nu niet meer zorgeloos door een winkelstraat lopen. Gelukkig kom ik niet zo vaak in winkelstraten. Een dagje shoppen staat namelijk niet op mijn lijst van hobby's. Maar ik fiets of stap wel regelmatig door een winkelstraat, meestal gewoon een kwestie van de kortste weg tussen twee punten. Nu kan ik dat niet meer doen zonder te denken aan het feit dat we toch zo fout bezig zijn. En met de dringende vraag hoe we dat ooit samen gaan keren.

 

Niet dat ik vroeger onwetend was, of elk seizoen mijn kleerkast vernieuwde, maar toch. Als je echt de cijfers kent, als je denkt aan de afvalbergen, de vervuiling en het onrecht dat wij elders in de wereld veroorzaken, dan kan je dat stemmetje ergens in een hoekje van je brein niet zo makkelijk het zwijgen opleggen en zorgeloos langs alle etalages lopen.

Afgelopen week ging ik op zoek naar een nieuw kledingstuk. Dat was al bijna een jaar geleden en één van mijn broeken leek nu toch wel voor niets anders meer geschikt dan een wandeling in de natuur, en liefst zonder het risico andere wandelaars tegen te komen. Tijdens het slenteren langs de overvolle kledingrekken bedacht ik dat het misschien toch niet zo erg was om iets te kopen. Ik kon een broek redden van de afvalberg vooraleer hij moest plaatsmaken voor de nieuwe collectie.  

Binnen enkele dagen zal me gevraagd worden het hoofdstuk over de oplossingen in het eindwerk kritisch na te lezen. Benieuwd of dat hoopvol zal zijn. Het lijkt nochtans eenvoudig. We vervangen “fast” door “slow”, niet?