Vroege Vogelwandeling (2024)

Het was aan ‘t miezeren die ochtend, dat viel nog mee. Ik ging nog eens op vroege vogelwandeling met Natuurpunt in het Mechels Broek. Dat doe ik zo nu en dan in de hoop verder te geraken dan de tjiftjaf en de merel. Toegegeven, vooral omdat het gewoon interessant is om met een gids door de natuur te wandelen, ook als het regent. Want met één wandeling leer je nog geen vogels herkennen aan hun zang. Dat is iets voor na mijn pensioen, dan zal ik me er echt eens op toeleggen, beloof ik mezelf. 

De gids probeerde ons het verschil te leren tussen de merel, de zanglijster, de koolmees, het winterkoninkje,  de tuinfluiter, het roodborstje, de zwartkop, de cetti’s zanger, de heggemus en de vink met zijn plaatselijk dialect. De nachtegaal en de blauwborst waren niet van de partij. Het was ook flink beginnen regenen, je zou voor minder thuisblijven. Toch hebben we natuurschoon door de lens van de telescoop kunnen bewonderen: grote bonte specht, krakeend, kuifeend, slobeend. De koekoek hield ons in de verte gezelschap. Boerenzwaluwen, ooievaars, blauwe reigers en fazanten waren ook niet veraf.

Ondertussen werd het gat in ons geschiedenisbrein terug gevuld met het verhaal van het Mechels broek, en hoorden we hoe het gesteld is met de gezondheid van de merel en de uil: slecht. Ik bespaar u de details en de andere signalen van het negatief effect van de menselijke invloed en de klimaatverandering. Van al dat slechte nieuws was de zon tevoorschijn gekomen om ons terug op te warmen. Hadden we nu die wandeling geen twee uur later kunnen starten, na de regen? “Horen jullie de merel en de zanglijster nog?", vroeg de gids fijntjes. Niet dus, het leven is aan de vroege vogels.

De volgende keer dat ik een zanglijster hoor, zal ik die herkennen. Dankjewel!